De grootse terugkeer van een kleine legende. Daarvan mogen we spreken afgaand op de reacties van voetgangers en fietsers op de Promenade des Anglais. Velen staken hun duim op, wezen hem na of trokken hun iPhone. Als hij even stilstond stopte er geheid iemand voor een praatje. In het Frans natuurlijk, want we reden Renault’s nieuwe 5 in Nice en het achterliggende bergland.
Die hartelijke ontvangst was geen verrassing, want de 5 E-Tech is zonder meer stukken cooler dan een Mini of Fiat 500. Bovendien roept de 5 bij velen zoete herinneringen op. Het kan haast niet anders dat deze nieuwe Renault een klinkend succes wordt.
Qua ontwerp is het een klein meesterwerk, of misschien wel een groot, want de nieuwe 5 weet met verve de grote schoenen te vullen van de oude 5, de populaire supermini waarvan er in de periode 1972-1996 een dikke zeven miljoen zijn verkocht.
Vanwaar dat met verve? Omdat hij het een uitstekend vormgegeven herinterpretatie is van de succesvolle voorganger, zonder voornamelijk ‘retro’ te zijn. Als je zijn stijl een naam wil geven, zou ‘retro-futuristisch’ een goede optie kunnen zijn. Smaken verschillen natuurlijk, maar in mijn ogen is de nieuwe 5 een knapper stukje werk dan de nieuwe Mini en de 500.
Verwijzingen naar het verleden zijn op geraffineerde en functionele wijze in het compacte ontwerp verwerkt. Het rooster in de motorkap van de oude vijf diende om de kachel van lucht te voorzien, bij de nieuwe bevindt zich op dezelfde plek een paneel waarop je kunt zien hoe het gesteld is met de accu tijdens het opladen. In de hemelbekleding zie je dezelfde ‘bobbels’ als bij de honorabele voorganger en in het dashboard dezelfde stoffen bekleding met krijtstrepen. Beide wekken geen moment de indruk gekunstelde pogingen te zijn een connectie met het verleden te leggen, ze passen perfect bij het nieuwe ontwerp van de 5 E-Tech.
Niet alleen qua uiterlijk is de nieuwe Renault competitief ten aanzien van de meest trendy concurrenten, hij is dat ook qua prijs. Renault zegt voor een 95 pk instapversie minder dan € 25.000 te gaan rekenen en de voorlopig eerste topmodellen, met 150 pk aan elektrisch vermogen en een rijke uitrusting, bevinden zich tussen de € 32.990 en 34.490. Later zullen er beslist nog meer versies of speciale edities volgen, zoals voorheen de TS, GT en wellicht zelfs een Turbo (alleen in naam). Renault is geenszins van zin om de 5 E-Tech ‘klein’ te houden om de Alpine A290 de ruimte te geven. “Dat wordt – anders dan onze 5 – een pure sportauto en die krijgt als zodanig volledig de ruimte”, aldus een van ingenieurs met wie we ’s avonds een tafel deelden.
De 5 E-Tech heeft uiteraard een laag zwaartepunt door zijn accupakket. Hij staat standaard op 18-inch lichtmetaal en de zijruiten zijn relatief laag waardoor hij een laag silhouet lijkt te hebben, lager dan de meeste elektrische concurrenten die (door het accupakket in hun bodem) veelal op een mini cross-over lijken. Hij is net geen vier meter lang, heeft een vrij lange wielbasis van 2,54 meter en vijf portieren plus een bagageruimte met 326 liter inhoud. Je zit er goed in en als de voorinzittenden niet langer dan pakweg 1,8 meter zijn, kunnen achterin ook volwassenen zitten maar op veel ruimte om hun benen te bewegen mogen ze niet rekenen.
De nieuwe 5 is een voorwielaandrijver en er is keuze tussen een 120 en een 150 pk elektromotor, de eerste met een 40 kWh accupakket en de tweede met 52 kWh, waarmee ze naar de WLTP-standaard achtereenvolgens 312 en 410 kilometer zou kunnen afleggen. De instapversie met 95 pk wordt in het voorjaar van 2025 verwacht.
De 5 E-Tech is niet alleen een schot in de roos qua uiterlijk – zowel buiten als binnen – maar hij weet je ook voor zich te winnen met zijn rijgedrag. Hij heeft de voorwielophanging van de Captur en de multi-link achterwielophanging van de Dacia Duster 4×4. Een mooie constructie die vrij ongewoon is voor auto’s in deze klasse, die moeten het meestal doen met een simpel star asje.
Je zit laag en diep in de nieuwe 5 wat bijdraagt aan een knus gevoel. Je kijkt uit op een stuurwiel dat niet perfect rond is, het ligt echter fijn in de hand en is goed verstelbaar – een ideaal ‘zitje’ is gemakkelijk te vinden. Je brengt de auto tot leven met een startknop en een stengel aan het stuur met de standen R, N en D/B. Die ‘B’ schakel je in als je extra regeneratief remmen wenst bij het loslaten van het gaspedaal. Opvallend is de E-Tech geen P-stand kent, Renault laat het blokkeren van de 5 over aan de automatische handrem, een praktische en logische oplossing.
Uiteraard is er een beeldscherm aan boord – gelukkig niet bizar groot en dominant – met alle connectiviteit die in het leven van een moderne mens wordt verlangd of noodzakelijk geacht. Fijn is dat niet alle functies in dat scherm zijn gestopt, voor de meest gebruikte zaken zijn knoppen aanwezig. De 5 is spraak-gestuurd en het systeem daarachter laat zich aanspreken met de naam ‘Reno’ wat onbedoeld tot vermakelijke situaties leidde. Tijdens het testrijden bespraken een collega en ondergetekende vanzelfsprekend geregeld de Renault, waardoor avatar Reno zich herhaaldelijk aangesproken voelde en met behulp van het geïntegreerde ChatGP 3.5 antwoorden poogde te geven op vragen die niemand gesteld had.
We reden de versie met 150 pk, die behoorlijk snel is, snel genoeg voor rappe inhaalmanoeuvres op de bergwegen in het achterland van de Rivièra. De 5 is geen hete hatchback, dat wil hij niet per se zijn, het is eerder een aangename, goed uitgebalanceerde compacte auto die zijn bestuurder op geen enkele wijze ophitst maar hem wel op zijn wenken bedient zodra er snelle reflexen worden verlangd. Ook diegenen die van rustig en comfortabel rijden houden, vinden in deze Renault een fijne partner.
Uiteraard is de onmiddellijke beschikbaarheid van elektrische aandrijfkoppel altijd een uitdaging voor voorwielaandrijving, maar in de 5 E-tech is daar niets van te merk. Zelfs als je fors accelereert bij het uitkomen van een bocht, is er geen geworstel van aandrijfkrachten, de serene rust in het stuurwiel is een constante, dankzij elektronica die de trekkracht per wiel netjes in toom houdt. De reacties op het gaspedaal verdienen nog wat fijnere afstemming, die zijn soms wat abrupt, zowel bij gasgeven als gasloslaten, maar daar wordt nog aan gewerkt, aldus de aanwezige techneuten.
De nieuwe 5 accelereert van 0 naar 100 km/h in 8,0 seconden en vooral in de eerste aanloop – tot zo’n 80 km/h – is het een zeer gemotiveerde sprinter. Er is keuze uit meerdere rijstanden, Eco, Comfort en Sport plus een persoonlijke instelling, maar verwacht er niet te veel van, want er valt niet zo veel te wijzigen omdat er niet veel variabele componenten zijn. In Sport doet de elektrische stuurbekrachtiging ten opzichte van Comfort minder zijn best en voelt de besturing zwaarder aan, bovendien gaat de denkbeeldige ‘gasklep’ sneller open. De E-tech is in Sport geen streep sneller en eerlijk gezegd rijdt hij in Comfort plezieriger, ook als je zelf in standje ‘Sport ‘staat, want de auto laat zich dan gemakkelijker snel doch vloeiend over een bochtig parkoers sturen. In Eco werkt de airco zich minder in het zweet en wordt het motorvermogen afgeknepen, tenzij je het gaspedaal naar de bodem trapt.
De 5 E-Tech weegt 1450 kilo, wat bewonderenswaardig laag is voor een elektrische auto – een elektrische Mini is zwaarder. Carrosseriebewegingen worden stevig in toom gehouden, zonder dat de 5 oncomfortabel is, de eerste aanrakingen met oneffenheden zijn vrij zacht om pas harder te worden als de veren verder worden ingedrukt. Het welkome neveneffect is dat de 5 weinig overhelt en nauwelijks duikt bij hard remmen. Hij stuurt strak, is beweeglijk wanneer gewenst en laat zich heel gemakkelijk snel rijden op bochtige wegen – het is een goed uitgewogen en evenwichtige auto en Renault’s chassisingenieurs verdienen alle lof. Ook de remmen verdienen complimenten, de vertraging is krachtig, het eerste aangrijpen zou ietsje milder kunnen maar daarna laten ze zich uitstekend doseren. Minstens zo belangrijk is dat de samenwerking tussen de mechanische remmen en de motor-regeneratie heel goed onderling is afgestemd. Je hoort dat er geregenereerd wordt, maar in het pedaal merk je niet in welke mate dat gebeurt, het gevoel en de respons zijn altijd constant.
Alles wijst erop dat Renault weer een iconische auto gecreëerd heeft, dit keer in een (elektrisch) segment dat er daar niet bijzonder rijk aan is. Dat hij een geduchte concurrent voor de elektrische Mini en Fiat 500 gaat worden, staat vrijwel vast – ze hebben nog niet eerder een tegenstander van dit kaliber gehad.
De verwachtingen van de op de 5 E-Tech gebaseerde Alpine A290 zijn na deze kennismaking met de nieuwe Renault nog hoger gespannen. Meer pk’s, grotere spoorbreedten, speciale wielophangingen, nog krachtigere remmen en sportievere banden! Begin november weten we meer.
Tot slot, de E-Tech heeft zijn filmdebuut al gemaakt, in de populaire serie ‘Emily in Paris’ kon je hem langs zien rijden. Een staaltje ‘product placement’ dat de marketeers van Renault veel moeite – en wellicht ook geld – heeft gekost, maar dat hebben ze ervoor over gehad. “Een iconische auto in een iconische stad, die gelegenheid konden we niet voorbij laten gaan”, aldus een van hen.
Ton Roks