De historische overwinning van de Bugatti Type 59 op Pebble Beach heeft vele tongen losgemaakt. Nathan Chadwick legde zijn oor te luister.
Op Pebble Beach heeft het altijd om restauraties gedraaid – maar nu hebben ze de hoogste prijs gegeven aan iemand die helemaal niets aan zijn auto heeft gedaan. Dat is oneerlijk en respectloos tegenover iedereen die tijd, geld en moeite heeft gestoken in het restaureren van een auto voor het evenement.”
Harde woorden van een anonieme Amerikaanse restaurateur die aangeven dat er onrust is ontstaan rondom de winnaar van het Pebble Beach Concours d’Elegance dit jaar. Fritz Burkard’s Bugatti Type 59 werd als de eerste auto uit de Preservation Class de hoogste eer toegekend. “Ik ben me bewust van de sterke gevoelens, meningen en de twijfels van een aantal liefhebbers ten aanzien van de eerlijkheid of gepastheid van de keuze. Ik ben al 21 jaar jurylid van ‘Pebble’ en sta er zonder enig voorbehoud achter”, zegt Paul Sable.
De ervaren Jeremy Jackson-Sytner (zie mrconcours.com), de man die het ‘Concours of Elegance’ in Groot-Brittannië nieuw richting gaf, ziet het anders. Hij is er ferm van overtuigd dat Pebble Beach het beste werkt als een showroom voor restauraties. “Ik wil niets afdoen aan wat de auto is en aan zijn geschiedenis en ben bereid een nieuwe verzamelaar als zodanig te erkennen, maar Pebble Beach is een concours d’élégance – en was die Bugatti een elegante auto?”
Sable zegt dat de overtuiging heerst dat alleen de meest ‘elegante’ auto mag winnen op een concours. “Natuurlijk is het uiterlijk van de auto belangrijk, zijn schoonheid, het ontwerp, zijn elegantie. Concours d’élégance laat zich immers vertalen als ‘competitie van elegantie’. Er is echter nog een criterium dat een element van ‘elegance’ is, en dat is ‘presence’. Tijdens een concours omvat dat de geschiedenis van de auto, de personen die er eigenaar van zijn geweest, de zeldzaamheid, het ‘waarom’ van zijn bestaan, zijn belang in de geschiedenis, enzovoort. Ik geloof dat de Bugatti een zekere elegantie niet ontzegd kan worden, maar zijn ‘presence’, die verzameling van eigenschappen die hem extra gewicht geven, heeft hem absoluut geholpen.”
‘VOOR DE MEESTE AUTO’S IS PRESERVEREN GEEN OPTIE MEER – ZE ZIJN AL GERESTAUREERD’ (Simon Kidston)
Er waren voortekenen, zegt Simon Kidston (kidston.com) die de Preservation Class mee jureerde tijdens Pebble. “Tijdens het Concorso d’Eleganza Villa d’Este van dit jaar werd een Alfa Romeo 8C uit de Preservation Class tot Best of Show uitgeroepen. Het is een trend die steeds meer momentum lijkt te krijgen, maar ik denk niet dat er een snelle verandering op komst is in de wijze waarop gejureerd wordt. Deze twee uitslagen weerspiegelen wel dat er een duurzame waardering aan het ontstaan is voor auto’s die goed bewaard zijn gebleven – niet verwaarloosd dus, maar gepreserveerd. Ze zijn een alternatief voor perfect gerestaureerde auto’s gaan vormen”, aldus Kidston. Hij zegt gemerkt te hebben dat veel klanten, vooral zij die vanuit vakgebieden zoals kunst, meubels en horloges naar verzamelaarsauto’s zijn overgestapt, de afgelopen tien jaar meer waardering zijn gaan krijgen voor preservering. “Sommige verzamelaars kopen alleen goed bewaard gebleven auto’s, in plaats van gerestaureerde”, zegt hij.
Miles Collier van het Revs Institute (museum.revsinstitute.org) gelooft dat er een groeiend besef is dat, als iets historisch is, het zijn geschiedenis moet laten zien. “Ik denk dat mensen erkennen dat alleen een ongerestaureerde auto het volledige verhaal van zijn bestaan kan vertellen.” Hij ziet de waardering voor geconserveerde auto’s groeien, maar veronderstelt dat dit weinig effect op de lange termijn zal hebben.
Net als Collier ziet Andy Heywood van McGrath Maserati (mcgrathmaserati.co.uk) het groeiende belang van preserveringsklassen als een boodschap aan restaurateurs en eigenaren van belangrijke auto’s. “In plaats van een auto alleen maar te laten restaureren om hem competitief te maken voor een concours, moet je goed nadenken of je niet op het punt staat iets te verliezen dat van historisch belang is”, zegt hij. “In het verleden was het gemakkelijk om concoursen te bekritiseren vanwege te veel van die glamour-restauraties, in die zin is de nadruk dus aan het verschuiven.
Ik vind dat de jury van Pebble Beach waardering verdient voor het nemen van deze beslissing.” Heywood gelooft echter niet dat het hoger waarderen van conservering zal leiden tot meer ‘preservation’. “Tot op heden heeft de wens om te winnen geleid tot overrestauratie, op dezelfde wijze zal het verlangen naar meer ‘preservation’ leiden tot ‘geconstrueerde patina’, wat potentieel schadelijker is voor de historie van een auto”, zegt hij.
Kidston en Sable zien geen langetermijn bedreiging voor de hoeveelheid werk die restauratiebedrijven krijgen toegeschoven. “Voor de meeste auto’s is preserveren allang geen optie meer, omdat ze dikwijls al meerdere keren gerestaureerd zijn”, vindt Kidston. Jackson-Sytner gelooft dat preservering wel een grotere betekenis gaat krijgen en dat meer concoursen met speciale klassen daarvoor zullen gaan werken.
Kidston waarschuwt voor een te simplistische benadering bij de beoordeling. “Je kunt in die klasse geen auto beoordelen door simpelweg een lakdiktemeter uit je zak te halen en aan te nemen dat een auto niet gepreserveerd is omdat de diktes niet consistent zijn. Veel auto’s werden vroeger met de hand geschilderd, dikwijls gehaast, en niet altijd door één persoon. Je moet de historie bekijken en zien of het totale verhaal klopt.”
Wat zal de impact zijn op Pebble Beach? “Het wordt oud nieuws, en snel”, zegt Sable. Miles Collier vindt het te vroeg om daar al iets over te zeggen. “Een paar jaar geleden heeft een naoorlogse auto gewonnen, maar dat heeft in de USA geen enkele verandering teweeggebracht. Waarmee ik niet wil zeggen dat een goed gepresenteerde, ongerestaureerde auto nooit een kans zal hebben.” Ook Jackson-Sytner gaat ervan uit dat de hoofdprijs volgend jaar weer naar een gerestaureerde auto zal gaan. “Maar de boodschap is afgegeven dat authenticiteit een waarde heeft. Je hoeft een auto niet per se te restaureren om een prijs te winnen op Pebble Beach.”
Simon Kidston gelooft dat preservering en restauratie naast elkaar kunnen bestaan. “Veel verzamelaars doen lyrisch over originaliteit, maar als puntje bij paaltje komt gaat 90 procent voor een toprestauratie”, zegt hij. “Dat kun je veel gemakkelijker uitleggen aan je vrienden. Met een auto met verweerde lak en gescheurd leer scoor je alleen maar een beleefde glimlach en de onuitgesproken vraag wanneer je dat ding nu eindelijk eens gaat opknappen.”