“You can’t be a true petrolhead until you’ve owned an Alfa Romeo”. Vanwege onder meer deze quote van Jeremy Clarkson is Tim Roks vorig jaar overgestapt van een BMW 320i (F30) naar een Alfa Romeo Giulia uit 2018. Een wijs besluit – naar blijkt na meer dan 15.000 kilometers – want de Giulia overtreft de 3-serie op de punten die hij als autoliefhebber belangrijk vindt. Met én zonder tuning.
“Ik hoop trouwens dat Clarkson dit niet leest, want dat kost me mijn petrolhead. Ruim twee decennia lang heb ik in auto’s van andere merken gereden (voornamelijk BMW’s) voordat ik de overstap naar Alfa Romeo maakte. En, het wordt nog erger, dit is mijn allereerste Alfa Romeo in de 41 jaar dat ik kan in- en uitademen. Sorry, maar ik heb er wel een goed excuus voor: achterwielaandrijving. Althans, het gebrek eraan. Ken je de (model)geschiedenis van Alfa Romeo tussen de 75 en de hedendaagse Giulia, dan begrijpen we elkaar en accepteer je vast m’n excuus. Dank daarvoor.
Alfa Romeo maakte speciaal voor de Giulia een platform met achterwielaandrijving, met als doel om weer een dijk van een sportsedan neer te zetten. Bovendien deed de Italiaanse autofabrikant iets heel slims; iets wat merken als BMW, Audi en Mercedes-Benz – zo ver ik weet – nog nooit gedaan hebben. Alfa Romeo ontwikkelde eerst de dikste versie van de Giulia, de Quadrifoglio, en op basis daarvan de 2.0 benzine en de 2.2 diesel. Als gevolg daarvan zijn die normale versies, net als de Q, voorzien van een carbon aandrijfas, aluminium wielophanging en schakelflippers (van Ferrari) plus spatborden en portieren van exact hetzelfde materiaal. Onder meer hierdoor heeft de Giulia een perfecte 50:50 gewichtsverdeling en een leeggewicht van iets meer dan 1.400 kg. Ken jij een andere, hedendaagse, normale auto met zulke ‘exotische’ specificaties als de Giulia? Ik niet. Al dit maakt de Giulia tot een bijzondere auto; wat mij betreft specialer dan een 3-serie, A4 of C-klasse. En dan heeft de Alfa Romeo ook nog eens de looks van een topmodel.
‘Dankzij de Massimo tuning beschikt de geblazen viercilinder over nog méér vermogen en koppel dan de Veloce’
Mijn Giulia is een 2.0 benzine, uitgevoerd in de prachtige kleur Blu Monte Carlo, en gebouwd in 2018. Tot en met februari 2023 leverde Alfa Romeo de benzine-versie in twee vermogensvarianten; 200 en 280 pk. De geknepen versie van de viercilinder turbomotor kwam met achterwielaandrijving, de ongeknepen versie (de Veloce) met vierwielaandrijving. De achterwielaangedreven Giulia is circa 70 kilo lichter en levert mijns inziens de puurste rij-ervaring, zoals Alfa Romeo het bedoeld heeft. En bovendien is het vermogensverschil gemakkelijk op te lossen met geld en softwaretuning. Ik hoef je dus niet te vertellen voor welke versie ik ben gegaan.
Na aankoop in oktober 2022 via Bynco (Buy Your Next Car Online) heb ik bewust een half jaar met 200 pk rondgereden, om de Giulia te ervaren zoals hij uit de fabriek in Piedimonte San Germano is gerold. Ik moet bekennen dat de ‘tuningkriebel’ al na drie maanden opspeelde, omdat de 2.0-benzinemotor merkbaar geknepen is. Maar goed, geduld is een schone zaak. Na vijf maanden rijden en krabben maakte ik een afspraak met Stephan Lenior van Squadra Tuning om het potentieel van de Giulia te ‘unlocken’. Stephan’s tuningcarrière is in 1991 begonnen bij Alfa Romeo Nederland, waar hij 33’s van een speciale chip voorzag. Nu rijden er in meer dan 45 landen Alfa’s rond met software van Squadra, van Canada tot en met Nieuw-Zeeland. Squadra Tuning is gevestigd in Nunspeet, in dezelfde straat als Autobedrijf Wim Prins, wat een ritje naar de Veluwe nog aantrekkelijker maakt.
Voordat je er langsgaat is het wel verstandig om de informatie op de website door te nemen en te bedenken wat je precies wilt. En indien nog, stuur Stephan een e-mail voor advies. Squadra biedt namelijk verschillende tuningmogelijkheden voor alle versies van de Giulia. Niet alleen voor de krachtbron, maar ook voor de versnellingsbak en de DNA-knop, waarmee je het gedrag van de motor en de automatische ZF-transmissie instelt. Ik koos voor Massimo (maximaal) in plaats van Medio (gemiddeld) tuning voor de viercilinder en voor aanpassing van de DNA-knop. En, op advies van Stephan, voor baktuning. Dankzij de Massimo tuning beschikt de geblazen viercilinder over nog méér vermogen en koppel dan de Veloce. Volgens Stephan levert een gezonde, door hem getunede Giulia-benzinemotor ruim 300 pk en meer dan 460 Nm, op voorwaarde dat er Euro98 in de benzinetank zit. Indrukwekkende cijfers, zeker als je ze vergelijkt met een sportauto als de Ford Focus 2.3 RS met 350 pk, 420 Nm en een leeggewicht van 1.460 kg. Had ik voor Medio tuning gekozen, dan was het vermogen en koppel van het turboblok op hetzelfde niveau gebracht als dat van de Veloce.
‘Volgens Stephan maakt dit de Giulia nog veel beter geschikt voor stuurmannen en stuurmanswegen’
De DNA-knop is door Squadra vervangen door de versie die je ook in de Giulia Q aantreft. In een normale Giulia biedt de draaiknop drie keuzes; D(ynamic), N(atural) en A(dvanced Efficiency), maar in een Q is er een extra keuzemogelijkheid, namelijk de R van Race. In die stand worden ESP, tractiecontrole en Forward Collision Control uitgeschakeld, wat vreemd genoeg niet kan in een Giulia zonder Race Mode – zelfs niet met een ander knopje. Standje ‘R’ biedt overigens nog meer plezier; de besturing verzwaart en de achttrapsautomaat schakelt sneller. Lekker, maar in de praktijk heeft er zich nog geen ‘Race Moment’ voorgedaan. Wel andere momenten, maar daarin voldeed Dynamic, aangezien die stand de rij-ervaring op de openbare weg naar mijn maatstaven meer dan voldoende opleukt. Bovendien, dankzij de baktuning, is die modus nog leuker dan voorheen. Verderop meer daarover.
Squadra’s versnellingsbaktuning is beschikbaar voor zowel de Giulia (Q) als de Stelvio (Q) en is door Stephan ontwikkeld vanwege onvrede met het schakelgedrag van de ZF-bak. “Zo schakelt de automaat teveel versnellingen terug als je hard remt en hij heeft de neiging om een hogere versnelling te kiezen dan nodig is. Daardoor pakt de motor niet lekker op en voelt de Giulia niet aan als een Alfa Romeo, wat ten koste gaat van het rijplezier. Mijn software moet je zien als een heropvoedingsprogramma om de transmissie zijn vervelende maniertjes af te leren en nieuwe, betere gewoontes aan te leren”.
Het verschil met de oude situatie is het beste merkbaar in de vernieuwde Dynamic-modus, waarop Stephan het meest trots is. In die stand wordt de turbo-viercilinder steeds op het juiste toerental gehouden, waardoor (zelf) terugschakelen niet meer nodig is. Daardoor staat de auto altijd klaar om te gaan en hoef je niet meer je agenda erbij te pakken om een terugschakelmoment in te plannen. Volgens Stephan maakt dit de Giulia nog veel beter geschikt voor stuurmannen en stuurmanswegen, en ik kan uit eigen ervaring zeggen dat hij daarin helemaal gelijk heeft. Bovendien past dankzij zijn software het schakelgedrag van de transmissie over de gehele lijn veel beter bij il cuore sportivo van Alfa Romeo, met meer rijplezier als resultaat.
De Giulia heb ik inmiddels langer dan een jaar in bezit en ik heb er in die tijd ruim 15.000 kilometers mee gereden. In die periode is hij getuned en subtiel verlaagd, voorzien van andere wielen, nieuwe banden (Goodyear Eagle F1 Assymetric 6, heel blij mee) en een kofferbakspoilerlip. Ik heb er – na tuning – de 250 km/u mee aangetikt in Duitsland, ben ermee op vakantie geweest naar de besneeuwde Schotse hooglanden en het Franse vakantie-eiland Ile de Ré, en reed en passant een stuk over het circuit van Le Mans. Ik heb me net als Stephan eerst geërgerd aan het ‘onlogische’ schakelgedrag van de ZF-bak, het overbezorgde Forward Collision Control en allerlei andere merkwaardigheden die nu verleden tijd zijn. Daarom rijd ik voorlopig Alfa Romeo én raad ik iedere Alfist de behandelingen van Squadra aan voor éxtra rijplezier. Molto bene!”