Na dik twee jaar in een Nissan 350Z gereden te hebben zocht Victor Hagen een klassieke opvolger; als investering, om in zijn vrije tijd aan te sleutelen én om rijdend van te genieten. Het is een nogal een project geworden.
Foto’s: Koen Kuypers
Op een mooie zomeravond spreken we Victor bij de Wagenwerkplaats in Amersfoort, waar hij zijn okergele Datsun Fairlady Z door Koen Kuypers op de foto laat zetten. Hij legt uit: “Het is begonnen in 2017 toen ik de kans kreeg om mijn droomauto te kopen, een Nissan 350Z. Een heerlijke auto, maar toen ik na tweeëneenhalf jaar zo’n beetje alles aangepast had dat mogelijk was, werd het tijd voor iets anders.
‘De deuren gaan open en je ziet voor het eerst wat je gekocht hebt en de eerste indruk was niet slecht en ik was stapelverliefd’
Het moest een klassieker worden die ik helemaal naar eigen smaak zou kunnen aanpassen en omdat de Nissan mij goed bevallen was, wilde ik voor een Datsun 240 Z gaan; ook als investering en om er in mijn vrije tijd aan te werken. Overdag werk ik bij Lusso Classics in Hilversum, waar we met drie man klassieke auto’s voor klanten restaureren en onderhouden, maar waar je natuurlijk niet zomaar je eigen smaak kunt volgen.
De 240 Z is in mijn ogen de mooiste uit het rijtje en na lang zoeken vond ik een exemplaar dat binnen mijn budget viel. Hij stond in Miami, waar het model als Fairlady Z geleverd was, hij zag er op de foto’s redelijk uit en had de juiste motor en versnellingsbak. Een kennis van mij studeerde in Miami en heeft een kijkje genomen. Na veel foto’s en videobellen heb ik de knoop doorgehakt en ben ik in het diepe gesprongen door al mijn geld over te maken naar een onbekende aan de andere kant van wereld.
Na twee maanden mocht ik in Amsterdam de container openen, een moment dat me altijd bij blijft. De deuren gaan open en je ziet voor het eerst wat je gekocht hebt. De eerste indruk was niet slecht en ik was stapelverliefd. Een Datsun 240 Fairlady Z in ‘lime yellow’!
Het idee was om de auto snel klaar te maken voor de keuring door de RDW, maar toen ik de ‘Z’ beter bekeek, bleek hij een stuk minder goed te zijn dan ik had gehoopt. De zijschermen en koplampbuckets bleken van polyester te zijn, er was zoveel roest dat je eigenlijk van ‘verrot’ kon spreken en de motor had een waterslag gehad en liep erg slecht.
In de loods van mijn schoonvader ben ik begonnen met een complete demontage tot op het punt dat alles uit elkaar lag. Toen restte er nog maar één beslissing: een complete restauratie. De carrosserie heb ik laten stralen bij Vocor in Geldermalsen en toen die terugkwam was er van de vloeren niets meer over en zaten er overal grote gaten in. De twijfel sloeg weer toe. Uiteindelijk heb ik toch doorgepakt en alle plaatdelen laten overkomen uit Amerika. Het heeft anderhalf jaar geduurd, maar toen stond er een splinternieuwe koets in de epoxy coating.
In de tussentijd was ik aan de slag gegaan met een zescilinder, afkomstig van een 280 ZX. Om er meer vermogen uit te halen heb ik de cilinders opgeboord van 2,8 naar 3,0 liter, 89 millimeter gesmede JE zuigers gemonteerd, een scherpere nokkenas, grotere in- en uitlaatkleppen, en heb ik de kamers in de cilinderkop groter gemaakt. De keuze voor drie dubbele Dell’Orto carburateurs is ook een persoonlijke. Het is prachtige techniek en ik wilde weten hoe de motor daarmee zou lopen. Het antwoord is inmiddels duidelijk: geweldig! Het vermogen ligt volgens mijn schatting in elk geval boven de 240 pk en het leeggewicht van de Datsun is 1000 kg, een fijne verhouding. De ophanging is voorzien van lagere en stijvere veren en dempers, de versnellingsbak heeft nu vijf versnellingen in plaats van de originele vier en ik heb de ratio van het sperdifferentieel aangepast. Heerlijk als je alles zelf mag bedenken en monteren!
De carrosserie is, via een medelid van de Datsun Club, bij een spuiter in Veenoord helemaal strak gemaakt en in de kleur Giallo Ocra 105 van Alfa Romeo gespoten, naar mijn mening veel mooier dan de originele Datsun kleuren. Het jaar dat dit proces in beslag genomen heeft, heb ik gebruikt om het interieur aan te pakken. Mijn ervaring met naaimachines was nul, maar onder het motto ‘just do it’ heb ik er uren achter doorgebracht om het leer in ‘diamond stitch’ te maken. Verder is het interieur helemaal naar mijn smaak samengesteld. Als het op de details aankomt ben ik een echte perfectionist, dus ik wilde echt alles zelf doen.
Omdat ik inmiddels een huis-met-garage had gekocht, kon ik het leukste deel van het project thuis doen. De carrosserie en alle onderdelen die inmiddels door mijn handen waren gegaan lagen klaar om te monteren en elk vrij uurtje was ik aan het bouwen, schroeven en monteren. Na een jaar hard werken stond de auto er zo goed als nieuw bij en kon ik de eerste rondjes in de buurt rijden. Tijdens steeds grotere rondjes en kilometers maken kwamen er wel wat kinderziektes boven, maar dat maakt het ook wel leuk. In 2023 heb ik, als kers op de taart, meegedaan aan de SLS Classics Rally. In die drie dagen sturen, over de mooiste wegen, leer je je auto echt kennen! Helaas ben ik de laatste dag uitgevallen door een motorprobleem.”
De auto zoals hij nu in de Amersfoortse avondzon gefotografeerd wordt is volgens Victor echt een reflectie van zijn smaak en kunnen. Maar, hij is af en daarmee is het hoog tijd voor een nieuw project. Dat is inmiddels gevonden, want uit Amerika is een Fairlady Roadster uit 1966 onderweg en de aanpassingsplannen liggen al klaar.
Victor: “Het moet heel mooi zijn om die twee auto’s straks naast elkaar te zetten als ze af zijn. Die roadster is erg zeldzaam. De eerste eigenaar was een militair uit de US Army en de auto is top gedocumenteerd en helemaal compleet. Daar monteer ik straks een DR20DET motor uit een Nissan Silvia uit 2001 in, wat ongeveer 350 pk moet opleveren. Maar daar gaat het mij niet om, het is de techniek, het bedenken én het bouwen wat ik erg leuk vind.”
Met de belofte dat hij op 1 september met de Datsun naar de Octane Classics and Coffee in Buren komt – ‘ik heb tot nu toe nog geen editie gemist!’ – nemen we afscheid en rijdt de okergele Datsun met een diepe sonore uitlaatbrom het industriële erfgoedterrein in Amersfoort af.