Zo Frans als het maar kan: karaktervol, cool, snel én comfortabel

MET WELKE AUTO rijdt een Lamborghini-ontwerper naar zijn werk? Een slimme vraag van de reclamemensen van Citroën, gesteld in de jaren tachtig toen de man die verantwoordelijk was voor de vormgeving van de Countach, Marcello Gandini, een BX 16v als auto voor woon-werk verkeer gebruikte.
In een segment vol conservatieve gezinsauto’s was de BX in die tijd een echte verademing. Gelanceerd in 1982 was het een innovatieve auto die de hydropneumatische vering van Citroën combineerde met meer conventionele (en betrouwbare) mechanica van Peugeot. De BX had zijn unieke identiteit te danken aan de rechte lijnen van het Bertone ontwerp van de hand van Gandini, terwijl slim materiaalgebruik het gewicht laag hield.


Hoewel een sportieve versie van een hydropneumatische Citroën misschien niet zo logisch leek, bleken zelfs de basismodellen al erg leuk en goed te rijden. De eerste sportieve pogingen waren met de GT, Sport en GTI met 8 kleppen al veelbelovend; goede wegligging en acceptabele prestaties dankzij het lage gewicht. De ultieme performance BX – we slaan de Groep B 4TC even over – werd in maart 1987 gelanceerd als de GTI 16v.

‘De BX had zijn unieke identiteit te danken aan de rechte lijnen van het Bertone ontwerp van de hand van Gandini’

De mechanische opzet van de zestienklepper week niet veel af van andere BX’en. Licht verstevigde veerbollen en bredere banden zorgden voor een betere wegligging en de uitstraling was agressiever dankzij een bodykit in jaren 80-stijl: voorspoiler, zijskirts en een hoge achterspoiler. Zoals de naam 16v al doet vermoeden, lag het geheim onder de kunststof motorkap: een 1,9-liter viercilinder met 16 kleppen, die 160 pk en 177 Nm afleverde.
De motor was verwant aan de XU-motoren met 8 kleppen die veel door PSA toegepast zijn (ook in de 205 GTI), maar cilinderkop, afgeleid van de 205 T16, maakte hem tot een echte volbloed. Citroën claimde een acceleratie van 0-100 km/h in 7,4 seconden en een topsnelheid van 215 km/h wat in die tijd opmerkelijk goed was. Wel moest je hard werken om die opgave te halen.


In 1988 schrapte men in sommige markten de naam GTI ten gunste van ’16 Valve’-badges. Tegen het einde van 1989 onderging het model een facelift, met veel kleine wijzigingen waarvan de donkergetinte achterlichten het meest opvielen. De vormgeving van de GTI werd grondiger aangepakt waardoor deze duidelijk als ‘Phase 2’-model herkenbaar was. De nieuwe bumpers waren wat dieper en uit glasvezel gemaakt en de hoge achterspoiler werd vervangen door een slankere ducktail. Het ontwerp van de wielen werd aangepast en ze kregen een antraciet laklaag.


De tweede facelift resulteert ook in schonere motoren, waardoor ongeveer 10 pk van het piekvermogen verloren ging; bij de GTI 16v bleef nog 148 pk over. In Nederland is de GTI ook nog als 4WD uitvoering leverbaar geweest. De productie stopte in 1993.
Het is niet onmogelijk om vandaag de dag een goede BX 16-klepper te vinden, maar de enthousiastelingen die er een hebben, geven hem niet graag op. Een projectauto is mogelijk, maar pas op voor de hoeveelheid werk. De beschikbaarheid van onderdelen is wel een beetje wisselvallig geweest, maar er zijn nu genoeg bedrijven die vitale componenten kunnen leveren.
Het imago van ‘een goedkope Peugeot 205 ‘Mi16’-motordonor’ heeft veel goede auto’s het leven gekost, maar het sympathieke karakter van de BX 16v heeft er toch voor gezorgd dat een behoorlijk aantal heeft overleefd. De prijzen zijn de afgelopen jaren flink gestegen, maar een BX is nog steeds een geweldige koop.
Matthew Hayward

KOOPADVIES

PRIJZEN
Reken op € 3500 voor een levensvatbare projectauto en een prijs rond de € 5000 voor een goed rijdend exemplaar. Voor een Sport of GTI in topstaat wordt inmiddels rond de € 10.000 euro betaald. Phase2-modellen zijn over het algemeen meer gewild, maar Phase1’s zijn zeldzamer, dus in waarde verschillen ze niet veel; uiteindelijk is de staat van de auto bepalend.

OPLETTEN
Ook zeer nette auto’s, kunnen roest verbergen. Inspecteer de achterste chassispoten, de subframe-bevestigingen en de vloer van de kofferruimte, vooral rond de ophanging van de uitlaat. De A-stijlen kunnen rotten rond de deurscharnieren en controleer ook het gebied onder het ruitersproeierreservoir.
Mits goed onderhouden zijn de motoren zeer betrouwbaar. Onrustig stationair lopen is normaal, maar de motor moet wel krachtig naar 7000 toeren klimmen. Goed onderhouden hydrauliek is eenvoudig en betrouwbaar. Controleer op lekken, schone vloeistof en voel goed hoe de auto rijdt.

× Wil je direct contact?